Michelangelo and the pope's ceiling, Ross King
Aan het begin van de 16e eeuw was Rome een puinhoop en van de voormalige glorie was weinig over. Geiten renden rond op het Capitool en koeien graasden op het Forum.
Ook de Katholieke Kerk genoot weinig aanzien, zeker sinds paus Alexander Borgia niet eens meer de schijn ophield en zijn kinderen benoemde in hoge posities.
Dit veranderde toen paus Julius II in 1503 verkozen werd tot de nieuwe paus. Hij was vastbesloten om de Kerk in ere te herstellen en de stad Rome erbij. Hij liet rioleren repareren, paleizen bouwen en kwam met allerlei nieuwe bouwprojecten om Rome te verbeteren en te verfraaien.
Het is ook deze paus die de aanzet heeft gegeven voor het begin van de Vaticaanse musea. In 1506 werd een klassiek beeldhouwwerk, de Laocoöngroep, ontdekt. Julius zag het belang ervan in, kocht het en stelde het tentoon voor het Romeinse publiek.
Om de Kerk nieuw aanzien te geven wilde hij de belangrijkste kerk in het Christendom, de Sint Pieter opnieuw laten bouwen en trok daarvoor de bekende architect Bramante aan. De oude kerk boven het graf van Sint Pieter werd neergehaald en er kwam een compleet nieuwe kerk. Julius zou de voltooiing echter nooit meemaken, hij overleed in 1513 en de Sint Pieter kwam pas in 1626 af.
Wat paus Julius wel voltooid heeft gezien, zijn de versieringen van de Sixtijnse kapel. In deze kapel kwam de pauselijke hofhouding bijeen voor de Mis en de kapel werd gebruikt voor het conclaaf om een nieuwe paus te kiezen.
In 1508 gaf paus Julius de opdracht om de kapel met fresco's te versieren aan de kunstenaar Michelangelo Buonarotti. Hij stond vooral bekend als beeldhouwer en had de schitterende Pièta gemaakt die veel bewondering had geoogst. In de eerste instantie wilde paus Julius dat Michelangelo zijn tombe zou beeldhouwen, maar hoewel Michelangelo het marmer hiervoor al had uitgezocht, veranderde de paus van mening en wilde hij dus fresco's van Michelangelo.
Michelangelo was hiervoor niet bepaald de eerste keuze, hij zag zichzelf eerder als beeldhouwer dan als schilder en bovendien beheerste hij de fresco techniek niet of nauwelijks.
Het maken van fresco's was tijdrovend en lastig. Eerst moest er een lag pleister worden aangebracht op het oppervlakte en vervolgens moest het ontwerp hierop worden aangebracht. Daarna moest de afbeelding geschilderd worden, in de korte tijd dat het pleister nog nat was. Was het pleisterwerk droog, dan waren de pigmenten verzegeld en kon er niets meer aan veranderd worden. Als de schilder een fout had gemaakt, moest alles worden afgebikt en kon de kunstenaar opnieuw beginnen.
Een fresco schilder kon niet de hele muur pleisteren en beginnen, want het pleisterwerk bleef maar een beperkt aantal uren geschikt om ter werken. Een afbeelding werd verdeeld in kleinere oppervlaktes, giornata's genoemd, oftewel wat er op Ă©Ă©n dag gedaan kon worden.
Bovendien moest een kunstenaar in een verkort perspectief werken, om de indruk te wekken dat figuren aan het plafond in de juiste verhoudingen waren.
Michelangelo zat niet te wachten op deze opdracht, en vluchtte zelfs naar Florence om aan de paus te ontkomen, maar uiteindelijk moest hij wel toegeven. Michelangelo had vervolgens de lastige opdracht om assistenten te verzamelen die meer kennis van fresco's hadden dan hijzelf bezat, de constructie van een steiger bedenken en bouwen en de ontwerpen maken. En daarna moest er nog geschilderd worden.
Dik vier jaar zou Michelangelo werken aan de Sixtijnse kapel, en toen het af was, was duidelijk wat voor formidabele prestatie Michelangelo hier had neergezet.
Ross King heeft andere boeken geschreven die ik met veel plezier heb gelezen, over Brunelleschi, over Manet en de waterlelies van Monet. Hij schrijft prettig en weet de wereld van vroeger volledig tot leven te brengen.
Ook Michelangelo and the pope's ceiling is hierin geen uitzondering. We weten wel wat over Michelangelo's leven, maar het lastige is dat deze biografieën bijna hagiografieën zijn, geschreven door zijn vrienden en bewonderaars. Bovendien zijn er in de loop van de jaren heel wat mythes en legendes ontstaan over de manier waarop Michelangelo de Sixtijnse kapel schilderde. Dat hij alleen werkte, en liggend op zijn rug schilderde bijvoorbeeld. Terwijl hij in werkelijkheid een team van assistenten had zonder wiens kennis hij het niet had gered en hij achterover gebogen stond, maar niet lag.
Ross King is erin geslaagd om Michelangelo voor een groot deel uit de mythes en de verwarringen te halen en een levensecht verhaal neer te zetten.
Ross King vertelt over het moeilijke karakter van Michelangelo, zeker afgezet tegen de charmante Rafael. Waar Rafael gemakkelijk vrienden maakte, werkte Michelangelo het liefst alleen en vertrouwde hij eigenlijk niemand.
Maar als het om moeilijke karakters ging, kon paus Julius er ook wat van. Hij stond bekend als il papa terribile, om zijn woede-uitbarstingen en de gewoonte om mensen te slaan met een stok.
Het Rome uit die tijd, de oorlogsuitstapjes van paus Julius, de politieke bondgenootschappen met Venetië en Frankrijk (in wisselende samenstellingen), de techniek van de fresco's, de manier van werken, alles komt aan bod en Ross King weet dit meesterlijk te verbinden.
Michelangelo and the pope's ceiling is geen moment saai of vervelend, maar blijft boeien door de interessante mix van details en bijzondere informatie. Kortom, een aanrader voor iedereen die geĂŻnteresseerd is in Italiaanse geschiedenis of de kunst van de Renaissance.
Uitgegeven in 2006
bladzijdes: 296
Vertaald in het Nederlands als: De hemel van de paus
Ook de Katholieke Kerk genoot weinig aanzien, zeker sinds paus Alexander Borgia niet eens meer de schijn ophield en zijn kinderen benoemde in hoge posities.
Dit veranderde toen paus Julius II in 1503 verkozen werd tot de nieuwe paus. Hij was vastbesloten om de Kerk in ere te herstellen en de stad Rome erbij. Hij liet rioleren repareren, paleizen bouwen en kwam met allerlei nieuwe bouwprojecten om Rome te verbeteren en te verfraaien.
Het is ook deze paus die de aanzet heeft gegeven voor het begin van de Vaticaanse musea. In 1506 werd een klassiek beeldhouwwerk, de Laocoöngroep, ontdekt. Julius zag het belang ervan in, kocht het en stelde het tentoon voor het Romeinse publiek.
Om de Kerk nieuw aanzien te geven wilde hij de belangrijkste kerk in het Christendom, de Sint Pieter opnieuw laten bouwen en trok daarvoor de bekende architect Bramante aan. De oude kerk boven het graf van Sint Pieter werd neergehaald en er kwam een compleet nieuwe kerk. Julius zou de voltooiing echter nooit meemaken, hij overleed in 1513 en de Sint Pieter kwam pas in 1626 af.
Wat paus Julius wel voltooid heeft gezien, zijn de versieringen van de Sixtijnse kapel. In deze kapel kwam de pauselijke hofhouding bijeen voor de Mis en de kapel werd gebruikt voor het conclaaf om een nieuwe paus te kiezen.
In 1508 gaf paus Julius de opdracht om de kapel met fresco's te versieren aan de kunstenaar Michelangelo Buonarotti. Hij stond vooral bekend als beeldhouwer en had de schitterende Pièta gemaakt die veel bewondering had geoogst. In de eerste instantie wilde paus Julius dat Michelangelo zijn tombe zou beeldhouwen, maar hoewel Michelangelo het marmer hiervoor al had uitgezocht, veranderde de paus van mening en wilde hij dus fresco's van Michelangelo.
Michelangelo was hiervoor niet bepaald de eerste keuze, hij zag zichzelf eerder als beeldhouwer dan als schilder en bovendien beheerste hij de fresco techniek niet of nauwelijks.
Het maken van fresco's was tijdrovend en lastig. Eerst moest er een lag pleister worden aangebracht op het oppervlakte en vervolgens moest het ontwerp hierop worden aangebracht. Daarna moest de afbeelding geschilderd worden, in de korte tijd dat het pleister nog nat was. Was het pleisterwerk droog, dan waren de pigmenten verzegeld en kon er niets meer aan veranderd worden. Als de schilder een fout had gemaakt, moest alles worden afgebikt en kon de kunstenaar opnieuw beginnen.
Een fresco schilder kon niet de hele muur pleisteren en beginnen, want het pleisterwerk bleef maar een beperkt aantal uren geschikt om ter werken. Een afbeelding werd verdeeld in kleinere oppervlaktes, giornata's genoemd, oftewel wat er op Ă©Ă©n dag gedaan kon worden.
Bovendien moest een kunstenaar in een verkort perspectief werken, om de indruk te wekken dat figuren aan het plafond in de juiste verhoudingen waren.
Michelangelo zat niet te wachten op deze opdracht, en vluchtte zelfs naar Florence om aan de paus te ontkomen, maar uiteindelijk moest hij wel toegeven. Michelangelo had vervolgens de lastige opdracht om assistenten te verzamelen die meer kennis van fresco's hadden dan hijzelf bezat, de constructie van een steiger bedenken en bouwen en de ontwerpen maken. En daarna moest er nog geschilderd worden.
Dik vier jaar zou Michelangelo werken aan de Sixtijnse kapel, en toen het af was, was duidelijk wat voor formidabele prestatie Michelangelo hier had neergezet.
Ross King heeft andere boeken geschreven die ik met veel plezier heb gelezen, over Brunelleschi, over Manet en de waterlelies van Monet. Hij schrijft prettig en weet de wereld van vroeger volledig tot leven te brengen.
Ook Michelangelo and the pope's ceiling is hierin geen uitzondering. We weten wel wat over Michelangelo's leven, maar het lastige is dat deze biografieën bijna hagiografieën zijn, geschreven door zijn vrienden en bewonderaars. Bovendien zijn er in de loop van de jaren heel wat mythes en legendes ontstaan over de manier waarop Michelangelo de Sixtijnse kapel schilderde. Dat hij alleen werkte, en liggend op zijn rug schilderde bijvoorbeeld. Terwijl hij in werkelijkheid een team van assistenten had zonder wiens kennis hij het niet had gered en hij achterover gebogen stond, maar niet lag.
Ross King is erin geslaagd om Michelangelo voor een groot deel uit de mythes en de verwarringen te halen en een levensecht verhaal neer te zetten.
Ross King vertelt over het moeilijke karakter van Michelangelo, zeker afgezet tegen de charmante Rafael. Waar Rafael gemakkelijk vrienden maakte, werkte Michelangelo het liefst alleen en vertrouwde hij eigenlijk niemand.
Maar als het om moeilijke karakters ging, kon paus Julius er ook wat van. Hij stond bekend als il papa terribile, om zijn woede-uitbarstingen en de gewoonte om mensen te slaan met een stok.
Het Rome uit die tijd, de oorlogsuitstapjes van paus Julius, de politieke bondgenootschappen met Venetië en Frankrijk (in wisselende samenstellingen), de techniek van de fresco's, de manier van werken, alles komt aan bod en Ross King weet dit meesterlijk te verbinden.
Michelangelo and the pope's ceiling is geen moment saai of vervelend, maar blijft boeien door de interessante mix van details en bijzondere informatie. Kortom, een aanrader voor iedereen die geĂŻnteresseerd is in Italiaanse geschiedenis of de kunst van de Renaissance.
Uitgegeven in 2006
bladzijdes: 296
Vertaald in het Nederlands als: De hemel van de paus
Reacties
Een reactie posten