De flard, Philippe Lançon
Op een winteravond in januari 2015 ging journalist Philippe Lançon
met een vriendin naar het theater, naar een stuk van Shakespeare. Hij dacht
erover om er een recensie over te schrijven voor de krant Libération waar hij
cultureel redacteur is.
De volgende dag stapte hij op de fiets om naar de redactie
te gaan, maar hij twijfelde, zou hij eerst naar het kantoor van Libération
gaan, of naar dat van Charlie Hebdo, waar hij sinds enkele jaren columnist
is? Hij wilde met een paar collega’s van gedachten wisselen en besloot eerst de
redactie vergadering van het laatste blad te bezoeken.
Charlie Hebdo was een weekblad waar niets heilig was
en alles onderwerp kon zijn van spot en belediging maar waar ook binnen de
eigen redactie verschillende meningen mogelijk waren. Vrijheid van meningsuiting was het allerbelangrijkste.
Het weekblad was vooral
links, maar liep beslist niet aan de leiband van de linkse partijen, iedereen
kreeg er in spotprenten en bijtende columns van langs. De laatste jaren waren
de invloed en de oplage van het blad gedaald, maar de cartoons en de manier
waarop alles op de hak werd genomen, ook Mohammed en de Islam, wekten bij
sommigen behoorlijk veel haat op.
De redactievergadering verliep op de gewone wijze, mensen bespraken
ideeën, er werden kleine schetsjes gemaakt en iemand had zoals gewoonlijk
koekjes meegenomen. Philippe bleef na afloop nog even met een collega praten
over een jazz-boek dat hij had gevonden en toen kwamen twee mannen binnen die
begonnen te schieten.
Vanaf dat moment werd het wazig voor Philippe Lançon,
en heeft hij de gebeurtenissen naderhand van anderen moeten horen. Hij werd
namelijk in zijn gezicht geschoten en pas in het ziekenhuis werd duidelijk wat
de schade is. Zijn halve kaak was weg en dit zou in de komende maanden met vele
operaties moeten worden gereconstrueerd.
Om een nieuwe kin te creëren werd een stuk kuitbeen gebruikt
en een flap huid (een flard, zoals de chirurgen dat noemen) van zijn dijbeen,
maar dit is natuurlijk niet in één keer klaar. Dit koste tientallen pijnlijke
operaties, waarbij eerst schade hersteld moest worden, voor er iets nieuws kon komen.
Philippe zou enkele maanden in het ziekenhuis moeten blijven, met vierentwintig
uur per dag gewapende bewakers voor de deur.
In die maanden moest hij routines ontwikkelen waarin hij om
leerde gaan met zijn nieuwe werkelijkheid, de dagelijkse pijn en het ongemak, de
angst en het verdriet om zijn verloren collega’s en vrienden. Hij ontwikkelde strategieën
om te overleven en merkte dat relaties met familie en vrienden allemaal anders
gedefinieerd moesten worden. Bij zoiets groots dat verwerkt moest worden was er
voor sommige mensen gewoon geen plaats, geen energie meer.
De flard is een roman, volgens de voorkant, maar het
is voornamelijk de weergave van Philippe Lançon en zijn strijd om te
overleven in de maanden na de aanslag. Hij doet dit verslag op sublieme wijze,
met prachtig taalgebruik (hij is niet voor niets een schrijver), waarbij hij
nergens bitter is, aan zelfbeklag doet of zijn woede de vrije loop laat. Hij
beschrijft wat er met hem gebeurt, wat hij moet ondergaan, hoe hij tot bepaalde
inzichten komt en hoe moeilijk sommige dingen voor hém, maar ook voor zijn omgeving
zijn geweest.
Dit maakt het boek zeer indrukwekkend om te lezen. Het is
geen boek dat je in één keer kunt lezen, af en toe moet je het even wegleggen
om jezelf rust te gunnen, hoewel je dan meteen beseft dat
Philippe Lançon
die luxe niet had.
Het boek begint de avond van voor de aanslag op Charlie Hebdo,
en eindigt met de aanslagen in november 2015 in Parijs.
Dit boek maakt als geen ander duidelijk hoe diep de wonden
zijn die gewone mensen bij dit soort vreselijke en laffe aanslagen oplopen. Je
kunt na afloop alleen maar diep respect hebben voor mensen als Philippe Lançon
die zo goed en zo kwaad hun oorlogstrauma te boven weten te komen en zich niet
het zwijgen laten opleggen.
Originele Franse
titel: Le lambeau (2018)
Nederlandse uitgave 2020 door uitgeverij De Geus
Nederlandse vertaling: Ghislaine van Drunen, Annelies Kin en
Nathalie Tabury
Bladzijdes: 509
Hoi Bettina zoals gewoonlijk een uitstekende bespreking en dit lijkt mij een interessant boek. Maar ja, ik heb momenteel niet zoveel zin in romans en zeker ook niet in boeken met zoveel narigheid. Groetjes, Erik
BeantwoordenVerwijderenSoms is het lezen van de bespreking van een ander al genoeg :-)
VerwijderenGroetjes,