Meer dan een broer, David Diop
We vergeten wel eens dat in de Eerste Wereldoorlog niet
alleen jongens en mannen uit Europa vochten, maar dat er uit alle koloniën ook mannen in de loopgraven te vinden waren.
Voor Frankrijk waren soldaten uit Afrika gekomen; uit Algerije,
Mali en Senegal.
Alfa Ndiaye is samen met zijn beste vriend en adoptiefbroer
Mademba Diop uit een klein dorp in Senegal gekomen en nu zitten ze samen in de
waanzin van een oorlog die niet de hunne is. Ze zijn op elkaar aangewezen en
zijn de enigen die weten van hun dorp, hun ouders en hun eigen gebruiken.
Toen
de moeder van Alfa wegging, was het Mademba die hem hielp over die eenzaamheid
heen te komen en zo waren zij ‘meer dan broers’ geworden.
Er heerst een goedmoedig geplaag tussen hen, die een beetje
voortkomt uit de oude rivaliteit van vroeger. Mademba was de studiebol, Alfa
was degene met de lichamelijke kracht.
Als Mademba omkomt, doodgeschoten door een Duitse soldaat,
wil Alfa wraak nemen. Hij wil de vijand die zijn ‘meer dan een broer’ van hem
heeft weggenomen laten boeten. Elke keer als de aanval wordt ingezet, waagt hij
zich tot dichtbij de loopgraaf van de vijand, om later terug te keren bij zijn
eigen mensen met het geweer van een vijand, en een afgehakte hand.
De mannen in de loopgraaf begrijpen hem niet en Alfa begrijpt
hen niet, niet in de laatste plaats omdat hij geen Frans spreekt en de enige
blanke die vriendelijk tegen hem was, ook wordt neergeschoten. De Franse
soldaten en de andere soldaten uit de koloniën vonden één hand nog grappig,
twee handen nog een heldendaad, maar als Alfa elke avond met een hand
terugkomt, worden ze bang voor hem.
Zoals Alfa opmerkt:
Ja, ik begreep, bij de waarheid Gods, dat ze op het slagveld
alleen maar voorbijgaande krankzinnigheid willen. Krankzinnigen van woede,
krankzinnigen van pijn, woeste krankzinnigen, maar tijdelijk. Geen voortdurend
krankzinnigen. Zodra de aanval voorbij is, moet je je woede, je pijn en je
razernij opzij zetten. Pijn wordt getolereerd, die kun je meebrengen, mits die
hem voor jezelf houdt. Maar woede en razernij mag je niet meebrengen naar de
loopgraaf.
Alfa wordt naar een inrichting achter de frontlinie
gestuurd, maar zal hij hier genezen of een manier vinden om zijn ‘meer dan een broer’
voor altijd bij zich te houden?
David Diop is opgegroeid in Senegal, maar woont nu in
Pau, in het zuiden van Frankrijk waar hij hoofd is van de universitaire
letterkundige faculteit. Hij heeft een boek geschreven (zijn debuut) waarin hij
niet alleen de vergeten soldaten eer betoont die in Europa vochten voor een
land dat niet het hunne was en een oorlog waar zij niets mee te maken hadden,
maar daarnaast ook een prachtig verhaal heeft geschreven, hoewel diep triest.
Zo wordt heel goed duidelijk dat de soldaten uit Afrika
gebruikt worden door het leger, omdat deze exotische strijders extra
angstaanjagend waren voor de vijand. Veel soldaten zullen zich eenzaam hebben
gevoeld in de loopgraven, maar voor soldaten die zo ver van huis waren, omringd
door een taal die ze vaak niet spraken en mensen die hun niet begrepen, moet
die eenzaamheid nog veel drukkender zijn geweest. Als dan de enige man die jou
kent, die jouw geschiedenis en achtergrond weet wegvalt, wat blijft er dan nog
van jezelf over?
Het taalgebruik vond ik heel bijzonder. Bepaalde zinnetjes
komen steeds terug, bijna hypnotiserend en lijken zowel op de zinnen die iemand
steeds bij zichzelf herhaalt als hij probeert om zichzelf bij elkaar te houden,
als op de steeds herhaalde formules in een verhaal dat mondeling verteld
wordt, zoals veel verhalen in Afrika. Voor mij waren deze zinnen een extra laag
in het verhaal.
Maar ook op andere momenten is het taalgebruik mooi en opvallend, ik
heb bijvoorbeeld nog nooit het slagveld op deze manier beschreven gezien, zo
mooi en tegelijkertijd zo dodelijk:
… een strijdperk waar geen plantje, geen struik meer
groeit, alsof een heleboel ijzeren veldsprinkhanen er nachtenlang onophoudelijk
hun honger hebben gestild. Een veld ingezaaid met eindelijk veel metalen
korreltjes oorlogszaad waar niets uit groeit. Een slagveld vol kerven, bewerkt
voor carnivoren.
Meer dan een broer is geen groot verhaal, maar juist
daarom is het des te indrukwekkender. Ik hoop dat David Diop nog meer zal
schrijven, want ik wil meer van hem lezen.
Originele Franse
titel: Frère d’âme (2018)
Nederlandse
uitgave : 2019 door uitgeverij Cossee
Nederlandse
vertaling : Martine Woudt
Bladzijdes :
154
Reacties
Een reactie posten