Begijnhof in Brugge
De vrome vrouwen die hier leefden, waren onafhankelijk. Het waren vaak dochters van ambachtslieden en poorters uit de stad. De vrouwen oefenen beroepen uit, zoals de lakenweverij waardoor ze ook in eigen onderhoud konden voorzien. Dit verschafte de Begijnen een enorme zelfstandigheid.
In de periode 1308-1311 was het voor de Begijnen in Europa niet gemakkelijk, er waren beschuldigingen van ketterijen en sommigen werden vervolgd. Er was echter ook bescherming voor de Begijnhoven die zich goed aan de regels hielden en dit Begijnhof viel daaronder. Het Begijnhof in Brugge had belangrijke beschermheren, zowel de Hertogen van Bourgondië als de Graven van Vlaanderen steunden hen, zoals ook de Dominicaner-orde.
Tijdens de reformatie en de Nederlandse opstand, hadden de Begijnen het moeilijk. Het hof werd onder andere gebruikt om allerlei materiaal op te slaan en tot overmaat van ramp was er in 1584 brand in de kerk. Gelukkig viel de schade mee, en in de eeuwen daarna zou het Begijnhof opnieuw tot bloei komen. Wel veranderde het karakter. Het waren nu vooral de dochters uit de Adellijke stand die hier een contemplatief leven wilden opbouwen, zonder meteen in te willen treden in een klooster. Het Begijnhof werd uitgebreid en de woningen werden gemoderniseerd en groter gemaakt.
In de jaren erna waren er nog enkele malen veranderingen waar de Begijnen zich bij moesten aanpassen, maar tot op de dag van vandaag wonen er religieuzen (Zusters Benedictinessen) en alleenstaande vrouwen in het Begijnhof ten Wijngaerde.
Ik vind het altijd heel bijzonder om zo'n stukje rust midden in de stad te vinden, en hoeveel toeristen er ook lopen, de sfeer van rust en contemplatie blijft toch hangen. Alsof de sfeer van zoveel eeuwen vroom levende vrouwen er nog altijd aanwezig is.
Toegang: Begijnhof en kerk gratis (mei 2024)
Reacties
Een reactie posten