Tentoonstelling Sprezzatura in Assen

Slapend meisje, Frederico Zandomeneghi (1878)
In het Drents museum in Assen is opnieuw een tentoonstelling samengesteld die zeer de moeite waard is. Na de tentoonstellingen over de Glasgow boys en de Peredvishniki, komen nu de Italianen aan de beurt met: Sprezzatura, vijftig jaar Italiaanse schilderkunst (1860-1910).

In 1861 werd Italië na eeuwen weer een eenheid. In de eeuwen ervoor, eigenlijk vanaf de val van het Romeinse rijk in 476, was Italië uiteen gevallen in een hoop kleine vorstendommetjes en staten die elkaar regelmatig naar het leven stonden. Elk gebied had een eigen taal en eigen gebruiken, en geen van hen voelde zich verbonden met de anderen.

In de 19e eeuw kwam er een golf van nationalisme door Europa, allerlei volkeren in één staat wilden een eigen staat (zoals Oostenrijk-Hongarije) en één volk in verschillende staten wilden een eenheid (Duitsland en Italie). Dit ging in Italie niet heel gemakkelijk en er kwam heel wat strijd bij kijken voor Venetie en omstreken erbij kwam. Het was pas voltooid toen in 1870 de pauselijke staten erbij kwamen en Rome de hoofdstad van het nieuwe Italiaanse koninkrijk werd.

Om echter zoveel staatjes bijéén te brengen en een eenheid te smeden, was niet gemakkelijk. Er waren bovendien veel mensen die hoopten dat de nieuwe regering de problemen zou oplossen, maar dat lukte natuurlijk niet meteen, wat weer voor verbittering en boosheid zorgde.

Zoals je altijd ziet, weerspiegelde de kunst hoe het land ervoor stond. In de eerste jaren schilderen de kunstenaars over de eenheid die nog voltooid moest worden en op welke problemen de regering stuitte.
Anderen richtte zich op de arbeiders en het werk dat er door de gewone mensen werd verricht, zoals de boeren op het land of de haven arbeiders die net goederen van een schip gelost hebben.
Piazza Ciricamento, Plinio Nomellini (1891)

Veel aandacht is er ook voor de rauwe armoede en de gevolgen hiervan. Het zuiden heeft het een stuk moeilijker en de kunstenaars hier laten de schijnende situaties van de armen goed zien.
In de steek gelaten, Luigi Nono (1903)

Natuurlijk zijn er buitenlandse invloeden, zo gaan er eind 19e eeuw kunstenaars naar Parijs, en zie je de stijl van de Impressionisten terug. Anderen komen zelfs naar Nederland. Eén Italiaanse kunstenaar Antonio Mancini, krijgt zelfs de Nederlandse kunstenaar Mesdag als beschermheer, die schilderijen van hem bestelde en daar zeer tevreden over was.

De Italiaanse kunstenaars beperken zich niet tot één genre, maar schilderen sociaal-realistisch, impressionistisch en symbolisch. Soms ontstaan er kunstenaarsgroepen in steden, die een eigen stijl ontwikkelen zoals de I Macchiaioli (vlekkenmakers) in Florence die experimenteren met kleurvlakken. Eén ding hebben alle kunstenaars echter gemeen: zij schilderen hun werken met virtuositeit, die bijna achteloos uitgevoerd wordt, maar toch vlekkeloos is. Kortom, ze schilderen met Sprezzatura.
Daken in de zon, Rafaello Sernesi (1861)

Meestal denken we bij Italiaanse schilderkunst aan Titiaan, Leonardo da Vinci en natuurlijk: Caravaggio.
Op deze tentoonstelling zien we echter Italiaanse kunstenaars uit de 19e eeuw en voor hun is weinig belangstelling. Daarom is deze tentoonstelling zo bijzonder, er wordt aandacht besteed aan een periode waar weinig over bekend is buiten Italië en laat werken zien die nog nooit samen zijn vertoond en waar de meeste schilderijen nog niet in Nederland te zien zijn geweest.

Jullie begrijpen: dit was een tentoonstelling die ik niet wilde overslaan, ik móest hier naar toe! Het is weliswaar een reisje om in Assen te komen, maar de rechtstreekse verbinding maakt het wel heel gemakkelijk en prettig.

Sprezzatura is de reis, waar dan ook vandaan, meer dan waard. Er hangen zo'n zeventig schilderijen uit verschillende musea in Italië. Onder andere uit het Uffizi in Florenence en musea in Rome, Milaan en Venetie, maar ook uit diverse Nederlandse collecties.

Vanaf het allereerste moment was ik onder de druk. Van het kleurgebruik, de verschillende stijlen en de vele werken die hier hingen, maar vooral omdat omdat ik daadwerkelijk bijna alle schilderijen even mooi vind. In de afdeling symboliek had ik iets meer moeite, maar dat komt omdat het niet mijn favoriete stijl is.

Mijn favoriete schilderij was het zelfportret van Antionio Mancini, die na zijn terugkomst uit Parijs een beetje doordraaide en een paar jaar doorbracht in een gekkenhuis in zijn thuisstad Napels. Hij schildert zichzelf hier met een fruitmand op zijn hoofd en dit werk ontroerde me door de stille en wat trieste uitdrukking op zijn gezicht en in zijn ogen. Hij kon prachtig schilderen, maar hij voelde zich geen goede schilderen, omdat hij geen officiële opleiding had gehad, en autodidact was.
Zelfportret van een gek, Antonio Mancini (1883)

Verder zijn er gigantische landschappen, prachtige taferelen, intieme momentjes en schrijnende scènes waar je hart van breekt.

Alles bij elkaar geeft een schitterende indruk van de vaardigheid van de Italiaanse kunstenaars uit die tijd en geeft tegelijkertijd een mooie aanvulling op de roerige geschiedenis van Italië na de Risorgimento.

Sprezzatura is nog tot 3 november 2019 te zien, dus er nog tijd genoeg, maar als je de kans krijgt, moet je er volgens mij gewoon naar toe.  '

Let wel op: er is een toeslag van 5 euro op de normale toegangsprijs.

Reacties

Populaire posts