Tentoonstelling: De botanische revolutie
Het idee van de tuin heeft zich wel ontwikkeld in de loop der eeuwen. In de 17e en 18e eeuw ging het vooral om het classificeren. Alles moest worden vastgelegd en ingedeeld en men legde verzamelingen van allerlei botanische zaken aan. In kastjes waren er laadjes gevuld met zaden, vlinders en specimen, in boeken waren afbeeldingen te zien van exotische vruchten en planten.
In de 19e eeuw werd het idee van de volkstuin belangrijk, de arbeiders hadden een plek nodig om uit de fabriek de natuur in te gaan. Het zelf verbouwen van groenten, maar ook het buiten bezig zijn werd als heilzaam gezien en dat is het tot op de dag van vandaag. Heel veel mensen gebruiken de tuin en tuinieren om een connectie te voelen met de natuur, met de seizoenen. Werken met planten in de buitenlucht is goed voor lichaam en geest. Dit is ook te zien in bijvoorbeeld vluchtelingenkampen, waar de mensen ondanks hun ellende nog altijd tuintjes maken rondom hun tent en zaaien in blikken en kratten.
Tegelijkertijd is er te zien dat in onze moderne en volgebouwde steden de natuur nog altijd op onverwachte plekken te zien is, zich niet laat weerhouden en zich niet laat stoppen.
In het Centraal Museum in Utrecht is de tentoonstelling De botanische revolutie te zien, die deze ontwikkeling door de eeuwen heen in beeld brengt.
Ik vond het een mooie tentoonstelling, waar vooral mooie foto's te zien zijn, maar ik zal heel eerlijk zijn en zeggen dat het me wel een beetje tegenviel. Ik vond de tentoonstelling namelijk ook heel summier en een beetje hap-snap. Ik had er meer van verwacht en was een beetje teleurgesteld dat er van alles maar een paar dingen te zien waren.
Ik had bijvoorbeeld graag meer foto's van de volkstuinen gezien. Hier waren er enkele mooie foto's, en verder een trampoline en een film waarbij ik een minuut lang naar een close-up van een wurm heb gekeken, voor ik weer weg ben gegaan. Misschien was de film verder heel mooi, maar ik vind wurmen echt heel erg eng, dus ik kon er niet naar kijken.
Er waren maar vijf foto's van de tuintjes in vluchtelingenkampen en maar twee laadjes met specimen in de zaal over de verzamelingen.
Heel irritant vond ik het bovendien dat er nergens informatie hing en dat je steeds alles in een boekje moest opzoeken, maar dat is een persoonlijk punt, dat kan voor een ander helemaal geen probleem zijn.
Kortom, een tentoonstelling waar je echt wel mooie dingen kunt zien en ik heb me er ook zeker vermaakt, maar waarvan ik je aanraad om er naar toe te gaan als je toch al in Utrecht bent en een uurtje over hebt.
De botanische revolutie is nog tot 1 mei 2022 te zien in het Centraal Museum in Utrecht.
Reacties
Een reactie posten