Atjeh, Anton Stolwijk
Als we op school in de les aandacht besteden aan Indië, hebben we het
meestal over het Culturele stelsel, de ethische politiek, de Tweede
Wereldoorlog met de Japanse bezetting en de onafhankelijkheid met de
politionele acties.
De oorlog in Atjeh wordt hooguit genoemd als een voorbeeld
van een koloniale oorlog die Nederland voerde om het hele gebied onder
Nederlands gezag te krijgen, maar meer dan dat is het niet. Hiervoor ontbreekt vaak de tijd, maar als ik naar mezelf kijk, weet ik ook dat ik niet zo heel veel weet over de Atjeh-oorlog.
Atjeh ligt op de westpunt van Sumatra en was een zelfstandig
sultanaat, een goede bondgenoot van het Ottomaanse rijk. De peperhandel zorgde
voor welvaart, maar ook voor buitenlandse belangstelling. De Portugezen, de
Engelsen en de Nederlanders aasden op controle in dit gebied.
In de 19e eeuw wilde Nederland zijn invloed
uitbreiden in de Indische archipel. Het is de periode van het Modern
Imperialisme en de landen in West-Europa wilden graag een groot koloniaal rijk
om economische en politieke redenen. Het onafhankelijke Atjeh was een van de
laatste stukjes van de puzzel voor Nederland.
Invasie en verovering
Een eerste invasie werd voorbereid en vond plaats in 1873.
Die invasie liep op niets uit, want de voorbereiding was niet heel goed
geweest. De kaarten klopten niet en bovendien had men zich ernstig misrekend in
de felheid van het Atjese verzet.
De nederlaag riep echter om genoegdoening en eerherstel en
al snel werd besloten dat er een tweede invasie moest komen. Deze invasie was vanaf het
begin gedoemd, leek wel. Een cholera-epidemie zorgde voor meer slachtoffers dan
de vijand en de bevolking van Atjeh gaf zich niet zomaar gewonnen. Toch werd
het Sultanspaleis veroverd en de Nederlandse autoriteiten verklaarden de
overwinning; Atjeh was veroverd.
De werkelijkheid was een stuk minder rooskleurig. Nederland
had een klein gebied rond het sultanspaleis veroverd, maar kon hier maar met
moeite de orde handhaven. De religieuze leiders van Atjeh hadden de oorlog
tegen de Nederlandse indringers tot Heilige Oorlog verklaard, een reden waarom
het verzet onverminderd door ging en men zich niet gewonnen gaf.
Direct bestuur
Nederland nam bovendien een paar discutabele beslissingen
die de verstandhoudingen geen goed deden. Toen de sultan in 1874 overleed,
besloot Nederland geen nieuwe sultan af te wachten, maar Atjeh onder direct
Nederlands bestuur te stellen.
En dit terwijl ze in de rest van Indië Indirect
bestuur handhaafden, waarbij de eigen vorsten het gezag over de bevolking bleven houden en er
minimale Nederlandse inmenging nodig was in de lokale politiek, iets dat veel
gedoe voorkwam.
De oorlog in Atjeh bleek een slepende, geldverslindende
operatie te worden, met weinig uitzicht op een goede uitkomst. De Nederlanders
verklaarden wel heel vrolijk dat ze Atjeh onder controle hadden, maar niets
bleek minder waar.
Christiaan Snouck-Hurgronje |
Abdul Ghaffar
De oplossing leek te komen van de Nederlandse domineeszoon die in Atjeh bekend stond als Abdul Ghaffar.
Hij had zich bekeerd tot de Islam en zich verdiept in de cultuur van Atjeh. Door
zijn status van Mekka-ganger en geleerde, kreeg hij toegang tot imams en
geleerden in Indie en Atjeh.
Nog nooit eerder had iemand de moeite genomen om
de cultuur van Atjeh wetenschappelijk te bestuderen en zijn boek sloeg in als
een bom in Nederland.
Wat niemand wist is dat deze man een tweede boek had
geschreven, dat staatsgeheim was. Hierin legde hij het hele verzet van Atjeh
bloot en gaf hij adviezen aan de Nederlandse regering over wat er het beste
gedaan kon worden.
Volgens hem was het belangrijk om niet met grof geweld te
proberen Atjeh tot overgave te dwingen, maar om het geweld heel precies (chirurgisch) toe te
passen. De Islamitische leiders zouden hard aangepakt moeten worden, terwijl de
Atjese adel juist overtuigd moest worden dat er voordeel zat in samenwerking
met de Nederlanders.
Abdul Ghaffar nam na dit belangrijke werk zijn echte naam, Christiaan
Snouck-Hurgronje, weer aan en trouwde in Nederland met een Nederlands meisje. Zijn
boek had hem geen windeieren gelegd en hij werd uiteindelijk
rector-magnificus van de universiteit van Leiden.
Contra guerrilla
In de jaren die volgden werd het advies van Snouck-Hurgonje
opgevolgd in Atjeh, hoewel misschien niet altijd zoals hij het had bedoeld. Er
werd een nieuw legerkorps opgericht dat in staat was om in kleine groepjes in de jungle te
opereren en acties uit te voeren.
Sommige Atjese edelen gingen inderdaad een samenwerking met
de Nederlanders aan, hoewel ze daar later een hoge prijs voor betaalden. De
laatste sultan van Atjeh gaf zich in 1903 ceremonieel over aan de Nederlanders
en stierf jaren later in trieste vergetelheid.
Maar het verzet bleef aanhouden en daardoor gingen ook de
Nederlandse acties door. Verschrikkelijke expedities werden er rond 1904 uitgevoerd,
waarbij hele dorpen werden uitgemoord en platgebrand. Dit werd goed gepraat
door te zeggen dat de Nederlandse soldaten weinig keuze hadden, omdat ook de vrouwen en
kinderen meevochten in de strijd.
Rustig is het in ieder geval in Atjeh nooit geweest, er
waren altijd opstanden en brandhaarden en uitbarstingen van geweld tegen de
Nederlanders. De Nederlandse overheid heeft Atjeh nooit werkelijk onder
controle gehad. Pas toen de Japanners kwamen in 1942, verlieten de laatste
Nederlanders Atjeh en je zou kunnen zeggen dat de koloniale oorlog in Atjeh
toen pas ten einde kwam.
Anton Stolwijk |
Belang
Atjeh is beslist
geen droog boek over militaire verhandelingen. Anton Stolwijk is journalist en woonde langere tijd in Atjeh en het
is te merken dat hij het onderwerp door en door kent.
Atjeh is goed
geschreven en staat vol schitterende verhalen, rijk aan anekdotes en details.
Zo hoor je meer over de komst van de Chinezen naar Atjeh, het trieste lot van
luitenant de Bruin, de tegenstrijdigheden van generaal van Heutsz en de reden
dat er een groot krankzinnigengesticht werd gebouwd op een eilandje voor de
kust.
Als je dit boek leest, weet je waarom er Ghanese soldaten
meevochten in het Nederlandse leger en hoe een Engels gekapseisd schip
onderdeel werd van de oorlog. Je leert over Atjese helden als Hasan dit Tiro en
de vrouwelijke strijdster Cut Nyak Dhien en haar echgenoot Teuku Umar die de
Nederlanders aan alle kanten in de leuren legden en bereid waren hun leven te
geven voor de vrijheid van Atjeh.
Heel knap weet Anton
Stolwijk de hoogmoed van de Nederlanders weer te geven die dachten dat ze het
klusje wel even zouden klaren, maar die verwikkeld werden in een jarenlange, uitzichtloze
strijd. De waanzin van een oorlog die nooit gewonnen zou kunnen worden, maar
die men koste wat kost wilde blijven voeren.
Zoals ik al zei wordt er in de lessen op school meestal
weinig aandacht aan de Atjeh-oorlog besteed. Daarom vind ik het zo goed dat in dit
boek ook aan de orde komt welke sporen de strijd tot op de dag van vandaag
heeft nagelaten in Atjeh. Hier is de oorlog misschien vergeten, maar daar nog zeker
niet.
Ik weet in ieder geval wel dat als ik in de toekomst Indië
behandel in mijn lessen, ik meer aandacht zal besteden aan de Atjeh-oorlog,
niet alleen omdat ik er nu meer vanaf weet, maar ook omdat ik het idee heb dat
er ik er daadwerkelijk iets interessants over kan vertellen.
Anton Stolwijk was
zo vriendelijk mij een exemplaar van zijn boek te zenden (nogmaals dank daarvoor!),
zodat ik het kon lezen en bespreken. Zoals jullie weten, doe ik dit niet vaak,
maar in dit geval heb ik hier een uitzondering op gemaakt en daar ben ik erg
blij om.
Ik kan namelijk alleen maar zeggen dat ik het een bijzonder
goed boek vond, om alle redenen die ik hierboven heb genoemd.
Wat mij betreft is Atjeh een voorbeeld van geschiedschrijving op zijn best.
Wat mij betreft is Atjeh een voorbeeld van geschiedschrijving op zijn best.
Uitgegeven in 2016 door uitgeverij Prometheus
Bladzijdes: 300
Hoi Bettina, een prachtige bespreking weer. Een boek over Indonesië dat ik ook erg de moeite waard vind is "Mijn vriend aan het Tobameer" van Wiecher Hulst. Het is al jaren geleden dat ik dat gelezen heb zodat ik niet meer precies weet waar het over gaat, maar ik weet nog wel dat ik het een erg mooi boek vond dat ik nog eens wil herlezen. Groetjes, Erik
BeantwoordenVerwijderenDank je wel, Erik, voor zowel het compliment als de tip. Het boek staat op mijn lijstje en ik ga eens kijken of de bieb het heeft!
VerwijderenIk denk dat jij Atjeh erg interessant zal vinden.
Groetjes,
Dag Bettina,
BeantwoordenVerwijderenWeer een indrukwekkend relaas. Complimenten.
Dank je, Willem, dat stel ik zeer op prijs, dat weet je!
VerwijderenGroetjes,